Podcast ‘Paulus en De Nijs op reis’ #10: op bezoek bij Migiza Victoriashoop
In de NDE-podcastserie ‘Paulus en De Nijs op reis’ trekken netwerkredacteur Ronald de Nijs en journalist Kirsten Paulus door Nederland. Ze spreken twaalf erfgoedprofessionals met inspirerende verhalen over digitaal erfgoed. In de tiende aflevering vertelt Migiza Victoriashoop, adviseur digitale informatievoorziening bij het Waterlands Archief, over haar successen, missers en dromen.
Beluister de podcast
Deze podcastaflevering is te beluisteren via Spotify en SoundCloud.
Of lees het transcript
Kirsten: Wij zoeken het Waterlands Archief in Purmerend. En we gaan naar Migiza Victoriashoop. Naar het Waterlandgebouw.
Ronald: Ja, het Waterlandgebouw. O, daar heb je het gebouw al!
[voice-over:] De nieuwe podcastserie van het Netwerk Digitaal Erfgoed duikt in de wondere wereld van digitalisering van ons erfgoed. Netwerkredacteur Ronald de Nijs en ik, Kirsten Paulus, reizen door heel Nederland op zoek naar mensen uit het netwerk. Precies, erfgoedprofessionals. En dan vooral diegenen met inspirerende verhalen over digitaal erfgoed. In twaalf afleveringen hoor je hun successen, hun missers, maar ook hun dromen.
Kirsten: Migiza is adviseur digitale informatievoorziening. Lijkt me best ingewikkeld als je dat tijdens een feestje uit moet leggen.
Ronald: Ja, dat is misschien niet makkelijk, maar ze is ook een technische dame. Zij is de linking pin tussen de techniek en de mensen die de archieven gebruiken. Zij spreekt met alle technische mensen, dus de functioneel beheerders en de softwareleveranciers, om er uiteindelijk voor te zorgen dat de archieven voor de burger toegankelijk zijn.
Kirsten: En Waterland, voor de mensen die nog niet hier geweest zijn, dat is Purmerend, Edam, Volendam, Landsmeer en Waterland. Ja, het is een waanzinnig groot gebouw.
Ronald: Ja, het is inderdaad groot.
Kirsten: Het heeft ook een regiofunctie, hè?
Ronald: Ja, wat jij net al noemde. Het beslaat verschillende gemeentes.
Kirsten: Het geheugen van de regio Waterland.
Archiefmedewerker: Ik ga even kijken waar Migiza zit. Migiza, ik heb bezoek voor jou. Ronald en Kirsten van het Netwerk Digitaal Erfgoed.
Kirsten: Mag ik u wat vragen? Wat zijn nou de meeste vragen die u krijgt als er gebeld wordt?
Archiefmedewerker: De meeste vragen gaan over bouwtekeningen. Mensen die dus hun huis willen verbouwen, en vooral met die corona nu, dan is er waarschijnlijk geld over. Mensen gaan niet meer op vakantie. Dus ja, dan wordt er verbouwd.
Kirsten: Er komen toch nog steeds mensen. Die zitten hier in deze ruimte bij het archief?
Archiefmedewerker: Ze komen op afspraak. En het is nu rustig, maar gisteren was het ontzettend druk. Het is af en toe niet bij te benen. Het is echt heel druk.
Ronald: Die mensen komen allemaal voor de bouwtekeningen?
Archiefmedewerker: Ja, maar er zijn ook mensen, zoals deze mensen hier, die voor onderzoek komen. We hebben daar bijvoorbeeld Jacques Otse, de stadshistoricus van Purmerend. Die heeft al verschillende boeken geschreven. Hij is weer met een nieuw boek bezig.
Kirsten: Dag meneer, ik hoor dat u de stadshistoricus van Purmerend bent. Wat bent u in dit prachtige oude boek aan het uitzoeken?
Jacques Otse: Ik maak een portret van de eerste dijkgraaf van de Wormer.
Kirsten: En hoe oud is het boek dat u nu voor u heeft?
Jacques Otse: Zeventiende eeuw.
Kirsten: Zeventiende eeuw?
Jacques Otse: Ja, dit zijn de rekeningenboeken van de burgemeesters.
Kirsten: Dat is bijna niet te lezen?
Jacques Otse: Nee, er zijn cursussen voor om dat te kunnen lezen.
Kirsten: Maar u beheerst dat?
Jacques Otse: Ik kan het redelijk lezen, ja.
Kirsten: Hi Migiza.
Ronald: Hallo Migiza.
Migiza: Hey, hoe is het? Welkom! Hebben jullie het makkelijk kunnen vinden vanaf het station? En jullie zijn opgevangen?
Kirsten: Het ging heel goed.
Ronald: We hebben al een gesprek gehad met een aantal gebruikers.
Migiza: In de studiezaal is het nooit stil. Er is altijd veel te doen. Dus dat is mooi. Gaan jullie mee naar boven!
Kirsten: We gaan in de lift naar de…
Migiza: … derde verdieping waar ik vooral heel veel achter mijn pc zit om verslagen te schrijven. Ik ben adviseur digitale informatievoorziening. En dat houdt in dat ik de gemeentes help. O, de deur van de lift gaat open. Ik loop ondertussen even door. Maar wat ik dus doe, is gemeentes helpen om grip te krijgen op hun informatie. En om ervoor te zorgen dat ze die informatie makkelijk terug kunnen vinden, makkelijk kunnen delen met hun partners in de keten. En vervolgens in het verlengde daarvan ligt dat ik die data en die informatie uiteindelijk beschikbaar kan stellen voor het publiek dat hier naartoe komt. Denk bijvoorbeeld aan makelaars die tekeningen op moeten vragen. Of onderzoekers die stukken uit de vijftiende eeuw terug willen zien. Daar doen we het allemaal voor. En ik zorg ervoor dat ze hier makkelijk bij kunnen.
Ronald: Je bedient verschillende doelgroepen: van mensen die bij de gemeentes werken tot burgers. Dat zijn twee heel verschillende soorten doelgroepen?
Migiza: Dat maakt het ook zo complex. Want onze voornaamste taak als archiefinstelling is om informatie beschikbaar te stellen voor iedereen: burger, onderzoeker en ambtenaar. Nou ja, kijk maar als je hier de studiezaal inloopt. De ene burger is de ander niet. De een is wat ouder, de ander is wat jonger. Hoe sluit je aan op die verschillende manieren waarop die mensen zoeken?
Ronald: Hoe doe je dat?
Migiza: Ja, als daar een eenduidig antwoord op te geven was, dan zou dat heel makkelijk zijn. Maar het is constant in contact staan met je doelgroep. Met de mensen hier in de studiezaal. En het gesprek aangaan: wat loopt er niet zo lekker met een inventaris? Maar ook online vragen we uit door gebruikersonderzoeken te doen. En te kijken: waar lopen mensen tegenaan als ze dingen zoeken op de website. En bij het gebruik van de zoekbalk: krijgen ze daar goede hits uit – of niet? En hoe kunnen we dat aanpassen?
Kirsten: Wat willen ze dan, die burgers?
Migiza: Steeds vaker zie je dat iedereen wil zoeken zoals de Google-generatie. Je wilt een zoekbalk hebben, daar typ je iets in. En de eerste vijf hits moeten relevant zijn voor jouw zoekopdracht. Dat is best lastig vanuit het inventarisdenken, waar je een gerichte zoekvraag voor nodig hebt. En vaak ook al een beetje een idee van wat voor type stukken je zoekt. Die vraag vervaagt steeds meer. Dus je moet als archiefinstelling een actievere rol in hebben in het nadenken over wat we aanbieden. Wat zijn de resultaten die we bovenaan willen zien?
Kirsten: Ben jij er ook een beetje stil van, Ronald?
Ronald: Ja, ik ben er stil van.
Migiza: Kom verder, neem hier plaats.
Kirsten: Ik denk wel dat wij de knapste dame uit het archief in ons midden hebben.
Migiza: Moet ik een beschrijving geven van mijn outfit? Nou, in jurk en op naaldhakken. Dat had je niet verwacht in het archief, he? Ja, dat is dan toch een beetje de ijdelheid die om de hoek komt kijken. Ik vind het leuk om er mooi bij te lopen.
Kirsten: Geweldig, geweldig.
Ronald: Jullie zijn al een hele tijd bezig om dingen te verbeteren. Kun je een tipje van de sluier lichten? Wat heb je bijvoorbeeld verbeterd aan de achterkant, waar ook andere archieven hun voordeel mee kunnen doen?
Migiza: Een project dat wij in de afgelopen anderhalf jaar hebben opgepakt is om door middel van linked open data-technologieën te proberen de doorzoekbaarheid van de bronnen te verbeteren.
Kirsten: In gewone mensentaal?
Migiza: Linked open data is een technologie die ervoor zorgt dat wanneer je digitale bronnen beschikbaar stelt, je ze eenvoudig kunt verbinden met bronnen van bijvoorbeeld andere archiefinstellingen en musea.
Kirsten: Voorbeeldje?
Migiza: Wij hebben visserijkaarten in ons archief, maar je hebt ook het Zuiderzeemuseum dat een deel van ons werkgebied bestrijkt. Dan zou het heel mooi zijn als je visserijkaarten hier kan vinden en die vervolgens kan linken aan klederdrachtstukken die zich in de collectie van het Zuiderzeemuseum bevinden. En dat je als bezoeker dit alles heel makkelijk kan vinden zonder dat je per se door hebt dat je door allerlei verschillende archieven aan het wandelen bent.
Kirsten: Wat heb jij met erfgoed? Want je bent natuurlijk een super technische dame.
Migiza: Wat ik heel mooi vind aan erfgoed, is het inkijkje dat het je kan geven in een wereld waar je zelf geen onderdeel van bent geweest. Als ik soms met een aantal collega’s door de depots loop, en ze laten mij charters zien, dan denk ik: wauw! De historische sensatie die je krijgt van die oude letters en van de geur van het papier… Als je dat over kan brengen aan de burger – of het nou in digitale zin is, of dat je zegt: kom eens bij ons langs in het archief en loop mee door de depots om te zien wat voor mooie stukken wij hier hebben. Die verhalen kunnen vertellen, dat is wat mij aantrekt in het erfgoed.
Kirsten: Ik krijg er ook zin in, jij Ronald?
Ronald: Ja, precies. En het mooie is…
Kirsten: Die doos hè?
Ronald: Die doos, precies.
Kirsten: Ik zag die doos ook al staan. Wat zit erin?
Migiza: Dit wilde ik jullie niet onthouden. Ik loop eventjes naar deze rijdende tafel, zodat ik het beter kan laten zien. Wat je in deze doos ziet, is een deel van het archief van de voormalige Joodse gemeente in Edam.
Kirsten: We zien hier een heel oude koffer met een hart erop. Ik durf het er helemaal niet aan te zitten. Hoe oud dit is?
Migiza: Dit komt uit de zeventiende, achttiende eeuw.
Kirsten: Waar komt het vandaan?
Migiza: Een voormalige archiefinspecteur heeft deze doos boven op een oude stellingkast gevonden.
Ronald: Op een oude stellingkast waar precies?
Migiza: In de speeltoren in Edam. De archiefinspecteur deed zijn inspectieronde en zag een raar voorwerp liggen dat van ellende bijna uit elkaar viel. Je ziet het hier op de foto. Al die papieren stukken lagen gewoon los. De binding was losgeraakt en deze archiefinspecteur dacht: dit moet iets bijzonders zijn. Zijn historische gevoel heeft hem niet in de steek gelaten. En hij heeft het laten restaureren. En als je het boek openslaat, zie je heel mooi die oude pagina’s. En je kan dan ook nog het schrift zien: het is een combinatie van een Hebreeuws schrift en een Nederlands schrift. Het Hebreeuws is in Ashkenazisch en Hebreeuws geschreven. En dit Nederlands is gewoon achttiende-eeuws Nederlands. En hier zie je dus verslagleggingen van wat er gebeurde in zo’n gemeenschap. Nou, van die gemeenschap is nu helemaal niets meer over. Maar deze bron biedt ons een inkijkje in die gemeenschap van toen.
Kisten: Is het al gedigitaliseerd?
Migiza: Dit is gedigitaliseerd, dus je kan het ook op onze website terugvinden. En sinds vorig jaar kun je ook het Hebreeuwse schrift lezen. Want we hebben daar een vertaling van laten maken. Met dank aan een professionele vertaalster, maar ook met dank aan de leerlingen van het Maimonides, een Joodse scholengemeenschap in Amsterdam. Dat laatste was vooral om de termen die te maken hebben met Joodse tradities goed te duiden, daar een context aan mee te geven.
Kirsten: Waarom is dit zo gaaf?
Migiza: Dit is een project waarmee je laat zien dat het puur online plaatsen van bronnen niet voldoende is. Je moet mensen context kunnen geven zodat ze begrijpen waar die informatie over gaat. En hier is dat helemaal het geval. Je hebt een schrift dat een overgroot deel van de Nederlanders niet kan lezen, namelijk het Hebreeuws. Als je dat alleen maar online zet, heb je er niets aan. Maar met een vertaling kan men snappen wat er staat. En dat is ook onze rol als archiefinstelling. Om die toegankelijkheid op zoveel mogelijk verschillende manieren zo goed mogelijk te maken.
Kirsten: We lopen nu naar…?
Migiza: …de bibliotheek. Die zit vlak naast ons. We organiseren vaak publieksevenementen met de bibliotheek. En het is mooi dat je eigenlijk van het oude materiaal loopt naar het huidige materiaal in de bibliotheek.
Kirsten: Wat is het succes dat jij bij het archief hebt bewerkstelligd?
Migiza: Een heel groot succes vind ik dat wij onze fotobank, dus onze beeldbank, als linked open data-bestand online hebben gezet. Dat heeft ervoor gezorgd dat met name programmeurs en erfgoedfanaten die in de techniek zitten dit archief makkelijker kunnen hergebruiken. Ze kunnen het inlezen in hun systemen en vervolgens bijvoorbeeld op hun website beschikbaar stellen. Het is heel mooi dat dat nu kan.
Kirsten: Drie jaar geleden kwam je hier werken. Zo’n jonge mooie meid die even komt vertellen hoe het beter moet hier. Duurzamer, het moet allemaal digitaal. Wat zeiden ze? Fijn, kom maar lekker binnen, Migiza?
Migiza: Tuurlijk! Nee hoor, het was meteen met de hakken in het zand. Maar ik vind dat ook wel fijn hè, die koppige ambtenaren die zeggen: ja ik doe dit al twintig jaar zo, daar heb ik helemaal geen zin in. En dan ga je met hen een kopje koffie drinken. En dan zie je ze langzaamaan dingen verbeteren.
Kirsten: Hoe doe je dat?
Migiza: Vasthoudend zijn, geloven in je boodschap en die ook constant overbrengen.
Kirsten: En een sausje charme, denk ik, Ronald.
Ronald: Precies, dat ja.
Ronald: Migiza, we hebben altijd een estafettevraag. De vorige keer waren we bij Hilbert Siemensma. Hij is registrator van de Jan Menze van Diepen Collectie in Slochteren. En hij stelde de volgende vraag:
Hilbert Siemensma: Beste Migiza, is er een terugkoppeling van het gebruik van de data die nu online staat? Meten jullie dat en zijn daaruit nieuwe toepassingen voortgevloeid?
Migiza: Nou, dat meten we nog niet als zodanig. Maar er zijn wel nieuwe toepassingen die daaruit voortkomen. We kijken nu samen met het Zuiderzeemuseum hoe wij de data door middel van interfaces, dus de voorkant van websites, beschikbaar kunnen stellen voor het onderwijs. Dus dat middelbare scholieren makkelijk bij die data kunnen en ze kunnen gebruiken voor hun verslagen, werkstukken en dat soort zaken.
Ronald: De volgende keer zijn we in Friesland, bij Syds Wiersma. Hij is coördinator van het Fries Film Archief. Migiza, welke vraag wil jij aan hem stellen?
Migiza: Beste Syds, ik ben ontzettend benieuwd hoe jullie met dat prachtige filmmateriaal aansluiten op de nieuwe manieren waarop mensen tegenwoordig zoeken. Als je kijkt naar de YouTube-platforms, dan wil men kunnen doorklikken, men wil hoofdstukken aan kunnen maken, men wil de speelsnelheid kunnen vertragen. Hoe gaan jullie daarmee om?
Kirsten: Waar droom jij nou nog van, Migiza?
Migiza: Ja, dat is een goede vraag. Je zei het al, drie jaar ben ik hier nu werkzaam. En ik heb heel veel kennis op kunnen doen. Wat ik heel graag zou willen, is dat ik die kennis kan inzetten voor landen die minder faciliteiten hebben dan wij. Ik kom zelf uit Suriname en ik spreek daar wel eens de nationaal archivaris. En die vertelt dan over de informatievraagstukken waar ze mee zitten. Aan deze mensen zou ik graag hulp willen bieden. En ik heb dat nu al wat meer concreet kunnen maken door samen met en voor hen webinars te organiseren waarin ik juist ook de informatievraagstukken waar zij mee zitten ga behandelen.
Kirsten: Wauw, weer dat linken.
Migiza: Weer linken, inderdaad. Dat is een beetje de rode draad van het werk dat doe ik. En het is heel gaaf om te zien dat die mensen het bijna als een verademing ervaren omdat er nu voor hen kennis beschikbaar komt. En die is toegespitst op de situatie waar zij mee te maken hebben. Het is heel erg fijn als je ziet hoe ze groeien in hun zelfvertrouwen. Dat ze die informatievraagstukken nu aan kunnen pakken. En ervoor kunnen zorgen dat hun informatiehuishouding beter wordt.
Kirsten: Door de voordeur erin en door de achterdeur er weer uit. Die Migiza, hè!
Ronald: Ik denk dat er een frisse wind waait door het Waterlands Archief.
Kirsten: Ze zorgt daar wel voor een andere kijk op de zaken. De burger staat voorop en digitalisering nog veel meer.
Ronald: Ja, ze profiteert van haar marketingachtergrond. En ze weet hoe ze dingen voor elkaar moet krijgen.
Kirsten: Ook dat is haar talent, hè? Dat ze een heleboel dingen voor elkaar krijgt. Dat ze dat digitaliseren binnen die club op de kaart zet.
Ronald: Ja, en met die charme en met die lach moet het ook wel lukken.
Kirsten: De volgende keer zijn wij in Friesland?
Ronald: Ja, bij Syds Wiersma, coördinator van het Fries Film Archief.
Kirsten: Dus we gaan Friesland hè?
Ronald: Ja, maar nu eerst naar het station.
Kirsten: Tot de volgende podcast, doei!
Ronald: Dag!