Nina van der Werf (Missiemuseum Steyl): klein museum, groots denken

14 oktober 2023


A

Als collectiebeheerder van Missiemuseum Steyl is Nina van der Werf begonnen de omvangrijke, beperkt beschreven collectie opnieuw te registreren. Hierbij maakt ze slim gebruik van handige tools, zoals beeldherkenningssoftware voor vlinders en een app voor het identificeren van dieren – die ze al googelend vond. En heeft ze vragen, dan raadpleegt ze haar collega’s wereldwijd via een Facebookgroep. Dat is groots denken in een museum met een bescheiden bezetting. Het is dan ook geen verrassing dat Nina de winnaar is van de Museumtalentprijs 2023, die die door de minister van OCW is ingesteld om verjonging en vernieuwing in de erfgoedsector te stimuleren.

Liever lezen dan luisteren? Scroll naar beneden voor de transcriptie van deze podcast.


Collectiebeheerder Nina van der Werf in een van de zalen van Missiemuseum Steyl, te midden van allerlei opgezette dieren

Collectiebeheerder Nina van der Werf

Beluister de podcast

Deze podcastaflevering is te beluisteren via Spotify en via SoundCloud.

Of lees de transcriptie

Kirsten: Zo, daar zijn we. Het ziet eruit als een kloosterdorp, en dat is het ook, Steyl.

Ronald: Dat is het ook, ja.

Kirsten: Als je zo kijkt, lijkt het alsof de tijd heeft stilgestaan, toch?

Ronald: Nou, dat geldt ook voor het Missiemuseum. Geopend in 1931.

Kirsten: Echt wel heel oud, dus het gaat een beetje terug in de tijd. Wat hebben ze ook alweer voor soort collectie? Vlinders…

Ronald: Ja, vlinders, opgezette dieren. Misschien niet meteen wat je verwacht, zeg maar, bij een Missiemuseum.

Kirsten: Nee, inderdaad, want het zijn al die dingen die de paters meenamen naar het Missiemuseum.

Ronald: Het leuke is: we gaan daar Nina van der Werf ontmoeten. Zij is collectiebeheerder en zij brengt die prachtige collectie in de digitale wereld.

Kirsten: Volgens mij moet ik de deur van de auto nog even dicht doen… Dus een vrouw van 28 die werkt met het verleden van de paters? Een vrouw met een missie…

Ronald: Het is een vrouw met een missie, exact ja.

Kirsten: Is het gewoon kloppen, denk je?

Ronald: Ja, zullen we maar kloppen.

Kirsten: Hallo, Nina.

Nina: Welkom, leuk dat jullie er zijn.

Kirsten: Wat is dat?

Ronald: De beer! Vertel!

Nina: Ik denk dat deze beer binnen Noord- en Midden-Limburg een van de bekendste figuren is. Jozef de Beer is het icoon van Steyl.

Kirsten: Is het een opgezette beer?

Nina: Ja, hij heeft een binnenwerk, waardoor hij ook nog voor een deel kan bewegen.

Kirsten: Wat? O, kijk toch hier. Er staat: een muntje inwerpen mag, maar de beer niet aanraken. Heb jij een muntje, Ronald?

Ronald: Ja.

[Je hoort een grommend geluid van de beer]

Kirsten: O, hij beweegt met zijn hoofd en hij maakt een beetje geluid.

Nina: Ja, hij maakt een beetje geluid. Vroeger gromde hij wat harder, maar na al die jaren is hij wat hees geworden.

Kirsten: Komen de mensen, de kinderen hier voor de beer?

Nina: De beer is wel een grote trekker, ook voor het museum. De meeste mensen die hier binnen zijn hier ook al als klein kind geweest. En die komen nu met hun kinderen en dan zeggen ze: Kijk, dat is die beer. Daar was mama vroeger zo bang voor.

Ronald: En jij?

Nina: Ja, ik ook. Ik kom hier al sinds dat ik klein was, samen met mijn opa en oma die hier uit de buurt komen. Voor mij was dit museum al heel bekend voordat ik hier kwam werken.

Kirsten: Dus die Jozef, die blijft voor altijd?

Nina: Ja, die blijft zeker. Ik denk dat er hier een rel uitbreekt als hij ooit vertrekt.

Kirsten: Waar lopen we heen?

Nina: We lopen nu de gang door naar de eerste ruimte. Hier staat een hele mooie kast ter gelegenheid van het 50-jarig jubileum van de kloosteroorde waarvan wij de collectie in bruikleen hebben. Het is een mooie inleiding op alle missieposten die ze toen hadden.

Ronald: Ik ruik iets… een bijzondere geur. Wat is dat?

Nina: Dat is kamfer. We hebben enorm veel kamfer bij de collectie vlinders en insecten zitten.

Ronald: Dat is om ervoor te zorgen dat er geen motten bij komen?

Nina: Ja, het is een hele kenmerkende geur die door het hele museum hangt. Een beetje de geur van mottenballen, zoals vroeger.

Kirsten: Ruik jij dat nog nu je hier werkt als collectiebeheerder?

Nina: Af en toe, maar ik ben er enorm aan gewend geraakt.

Ronald: Ha, de vlinderkamer.

Kirsten: Ja, de vlinderkamer. Want je denkt… Missiemuseum…

Ronald: Je denkt dan aan kerkelijke spullen…

Kirsten: …rozenkransjes en dergelijke.

Ronald: Maar wat zien we? Een hele zaal vol met prachtige kasten met vlinders.

Kirsten: Wow. Hoeveel vlinders zitten hier achter, voor en in de deuren?

Nina: De schatting is dat de hele collectie, inclusief met wat er op depot ligt, 11.000 à 12.000 vlinders betreft.

Kirsten: Heb jij ook dat wat wij hebben als je hier binnenkomt… Zo van: Wow, wat gaaf!

Nina: Ja, dit is mijn favoriete ruimte. Ik ben dol op vlinders.

Ronald en Kirsten: Dat zien wij!

Kirsten: Ja, je hebt een tatoeage op je borst. En geen sjaal om, dus je kan hem gewoon zien. Maar heb je dat laten doen toen je hier kwam?

Nina: Nee, toevallig was ik al aan deze tattoo begonnen voordat ik hier kwam werken. Ik heb op mijn hele borstkast een grote doodsoogvlinder staan. Dus dat is wel een hele leuke koppeling.

Kirsten: Het kan geen toeval zijn, hè? O, en die blauwe vlinders in de kasten, die zie je meteen.

Ronald: Prachtig, prachtig! Maar ik heb ook begrepen dat jullie een tool inzetten om de collectie te registreren?

Nina: Ja, we zijn inderdaad begonnen om de hele collectie opnieuw te registreren. Er was wel een basale registratie met een nummer en een plaats… maar weinig over de conditie, hoe het eruitzag en alle details die we nu wel graag willen hebben. Dus we gaan van vooraf aan de hele collectie opnieuw langs. Dus alles registreren. En bij de vlinders is het ook belangrijk dat je soortnamen weet. En niet alles heeft hier een label, dus we gebruiken een beeldtool van Naturalis. Die maakt gebruik van AI, van artificial intelligence. Als je een foto erin zet, krijg je suggesties welke mogelijke soorten het zijn.

Kirsten: Het heet beeldtool, omdat het om foto’s gaat?

Nina: Inderdaad. En dat is voor ons heel handig om daar gebruik van te maken. En hoe meer wij daar gebruik van maken, hoe beter dat systeem gaat worden. Het is zelflerend.

Nina: Achter de deurtjes zitten kasten. Zoals je kan zien zitten ze helemaal vol. Overal zijn plankjes. Vroeger zaten de laden van onder tot boven vol met vlinders, kolibries, paradijsvogels… Die werden verhandeld, want dat bracht weer geld op voor de missie.

Kirsten: Dat kon je kopen?

Nina: Ja, dat kon je kopen, inderdaad. Dit is bijvoorbeeld een collectie kolibries.

Ronald: Heel veel kleine vogeltjes. Ik dacht dat een kolibrie altijd groter was.

Nina: Ze zijn echt heel klein. We hebben ook nog enorm veel paradijsvogels. Daar gaan we nu een tentoonstelling over maken in december – om dat ook meer toe te lichten, want dit ligt altijd achter die deuren.

Ronald en Kirsten: Zonde.

Kirsten: Want dit werd vroeger dus gewoon verkocht?

Nina: Ja, dit was voor de handel en vaak ook voor de mode.

Kirsten: Voor de mode?

Nina: De veren werden gebruikt voor hoeden en jurken.

Ronald: Echt waar? Ongelooflijk.

Nina: Door de digitalisering gaan we deze collectie meer voor het voetlicht brengen.

Kirsten: Hoeveel objecten hebben jullie al gedigitaliseerd?

Nina: We zijn vorig jaar begonnen met een paar vitrines als test. En ook om te zien wat de conditie is en om te kijken wat de rest van de collectie inhoudt. In oktober komen ongeveer 500 objecten online op het Limburgs Erfgoednet. Dus dan zal ook een deel van onze collectie hier te zien zijn. We zijn er nog niet, maar wel een heel eind.

Nina: Wij noemen het ook wel museum in een museum. In 1934 is de broeder overleden die het hier helemaal heeft ingericht en die de collecties heeft samengebracht. En sindsdien hebben de paters eigenlijk niks willen veranderen. Die hoofdzaal is nog als bijna 100 jaar geleden.

Kirsten: Dit is toch niet te geloven?

Ronald: Ik begrijp dat de bezoekers heel graag willen dat alles zo blijft?

Nina: Ja, als mensen horen dat ik hier werk, zeggen ze altijd: je gaat toch niks veranderen aan de opstelling?

Kirsten: Nina, wat doet nou zo’n jonge hond als jij hier? Het ademt de geur van het verleden.

Nina: Ik ben hier de collectiebeheerder en ook de registrator van de collectie. En ik ben gewoon ontzettend verzot op wat hier staat. En ik heb nu een legitieme reden om overal aan te mogen zitten.

Kirsten: Jij hebt kunstacademie gedaan, toch?

Nina: Ja, ik ben begonnen op de kunstacademie en daarna doorgegaan voor een primaster kunstgeschiedenis. En ik ben nu mijn master aan het afmaken, die door dit werk wel enorm veel vertraging oploopt.

Kirsten: Je kan niet alles, hè? Goed, we lopen naar de volgende ruimte.

Ronald: Nina, jij werkt ook voor het Huis voor de Kunsten, hè?

Nina: Ja, daar ben ik een paar maanden eerder begonnen voordat ik hier startte. Ik ben daar ter ondersteuning van het Limburgse Erfgoednet. Dat is een manier waarbij we alle kleine collecties in Limburg in kaart willen brengen. En daar verzorg ik het trainen van nieuwe deelnemers en het werven ervan.

Kirsten: Dus dat is een hele mooie combinatie met je werk hier, hè?

Nina: Ja, het is heel leuk om ook op andere plekken te komen en na te denken hoe voor anderen registratie en digitalisering het beste werken. En daar leer ik ook weer van: ‘o, maar dat is een slimme aanpak!’.

Kirsten: We staan weer voor zo’n oude vitrine van de paters met glas en heel veel hout. En allemaal… het lijken wel paradijsvogels, of niet?

Nina: Ja, hier staan toevallig enorm veel paradijsvogels.

Kirsten: Echt? Zijn dit paradijsvogels?

Nina: Die grote pluimen zijn inderdaad allemaal van paradijsvogels. Of die hele rare staartjes met van die rare krullen. Hier ben ik bijvoorbeeld de afgelopen maanden mee bezig geweest. Alles schoonmaken, registreren, de soortnamen checken. En daar gebruik ik ook een app voor. Dus een beetje zoals de vlindertool van Naturalis heb ik ook hier weer een app voor: ik stop er een foto in en krijg dan suggesties. En ja, dat helpt enorm.

Ronald: Waar vind je zo’n app?

Nina: Heel veel googlen en zoeken, en tips krijgen van collega’s uit het werkveld. Ik zit in een Facebookgroep met mensen over de hele wereld. Dus als iemand een probleem heeft, dan zetten ze dat erop en dan krijg je weer input. En soms zitten daar hele praktische tips bij.

Kirsten: Jullie zijn een redelijk klein museum met zes fte. Dan moet je toch een beetje slim zijn hoe jij aan je kennis komt?

Nina: We zijn zelfs kleiner: we hebben drie fte over een team van zes. En ja, we moeten heel bewust omgaan met tijd en met de middelen die we hebben.

Kirsten: Nou moet je nog zoveel doen, Nina. Je bent nu anderhalf jaar bezig, en natuurlijk al een flink eind op weg. Maar toch, lig je ’s avonds niet op bed en denk je: ‘O, morgen…’.

Nina: Ja, in het begin had ik wel even iets van: ‘O, waar ga ik in godsnaam beginnen?’ Want er is hier zoveel te doen en alles vraagt op zijn eigen manier aandacht. Dus we zijn begonnen met het maken van lijstjes. Wat is het kwetsbaarste, waardevolste? Wat willen we zo snel mogelijk in kaart hebben? En daarna zijn we vooral gaan kijken naar de quick wins. Wat kan ik snel doen? Liever een vitrine met tachtig objecten dan een met zeshonderd.

Ronald: Wat is je geheim?

Nina: De beste les die ik tijdens de Reinwardt Academie-cursus heb geleerd, was best practice. Ik kan wel dromen van een budget dat oneindig is en van alle middelen – en om het compleet volgens het boekje te doen. Maar dat gaat hier gewoon niet. Ik heb een budget waar ik mee moet werken. En een collectie die omvangrijk is. Dus ik moet ook content zijn met wat ik heb. En kijken hoe ik er het beste van kan maken. En dat ook accepteren.

Kirsten: En wat brengt dat dan?

Nina: Dit brengt heel veel rust. Het zorgt ervoor dat je hier met een ontspannen gevoel weg kan gaan: ‘O, maar dit hebben we toch wel weer vandaag gedaan’. En dat je niet alleen maar denkt: ‘O ja, dat moet nog en dat moet nog’.

Kirsten: Ik vind het mooi dat je tevreden bent en dat je ook kan genieten van wat je doet.

Nina: Ja, dit is mijn speeltuin. Ik geniet hier zo van mijn werk.

Ronald: Dat willen wij ook nog, hè. Ik wil nog wel even rondkijken

Kirsten: Spelen.

Ronald: Ja, spelen.

Kirsten: We zullen nergens aankomen, maar kan dat nog even?

Nina: Jazeker, loop gerust rond.

Kirsten: Super bedankt voor je tijd!

Nina: Jullie ook.

Kirsten: Waar ga jij heen?

Ronald: Ik vind die leeuwen wel interessant.

Kirsten: Ik pak hier de… ja, wat is dit?

Nina: De exotische vogels.

Kirsten: Ah mooi. Doe-ie, Nina. Vrouw met een missie!

Ronald: Tjonge, wat is het hier mooi. Ik had stiekem al zitten googlen en foto’s gezien. Maar je moet het museum ervaren. Je moet hier gewoon rondlopen om het te ervaren.

Kirsten: Echt hè? Ik vond haar ook wel echt super. Want een bijzondere vrouw. Zo’n jonge dame die met e collectie van de paters aan de slag gaat. En in alle rust die collectie gaat digitaliseren, terwijl er nog zoveel moet.

Ronald: Ja, en die in haar kleine team die best zware taak op haar schouders heeft genomen.

Kirsten: Niet voor niets, hè. Dat zei ze nog aan het eind: ze is genomineerd als museumtalent voor 2023.

Ronald: Nou, dat is haar ook van harte gegund.

Kirsten: Het was een inspirerend verhaal van deze dame.