9 opvallende uitkomsten uit het rapport ‘Lokalisatie van Nederlandstalig muzikaal erfgoed’

17 juni 2021


D

e Taalunie wil bijdragen aan een betere houdbaarheid, bruikbaarheid en zichtbaarheid van belangrijk Nederlandstalig muzikaal erfgoed. Daarom heeft zij aan Muziekweb en Cemper gevraagd om bij privéverzamelaars en archiefinstellingen in het taalgebied Nederlandstalig muzikaal erfgoed te inventariseren. We zetten negen opvallende uitkomsten uit het rapport op een rij.


Shocking Blue, 1970. Foto: Joost Evers / Anefo. Collectie: Nationaal Archief

Nijpende situatie

De afgelopen jaren is er in Nederland weinig geïnvesteerd in de archivering van muzikaal erfgoed, aldus de auteurs van het rapport Lokalisatie van Nederlandstalig muzikaal erfgoed. Dit heeft ertoe geleid dat belangrijk muzikaal erfgoed onzichtbaar is geworden of zelfs dreigt te verdwijnen. Ook in Vlaanderen bestaat er geen volledig beeld van het bestaande muzikaal erfgoed. In Suriname is de situatie nog nijpender aangezien daar weinig of nooit geïnvesteerd is in de archivering van muzikaal erfgoed.

De enquête

Voor het onderzoek benaderden Muziekweb en Cemper 174 personen om een enquête in te vullen. 33 gaven hier gehoor aan, waarvan 25 in Nederland en 8 in Vlaanderen. Van de contactpersonen die de enquête invulden deden dit er 18 namens een instelling, de overige 15 waren particuliere verzamelaars.

Gekozen is voor een focus op collecties en archieven met 1. Nederlandstalige 2. lichte muziek, 3. oorspronkelijk uitgebracht in de periode 1955-1983, 4. vastgelegd met opnames of op schrift, en 5. opgeslagen in Nederland of Vlaanderen. Meestal gaven invullers aan dat slechts een klein percentage van de totale collectie viel binnen de afbakening van het onderzoek.

Het type collectie dat de 33 respondenten beheren laat zich grofweg in drieën verdelen: een audiocollectie, een papieren collectie en een gemengde collectie. De meeste collecties zijn gemengd en bevatten zowel audiodragers als papier. Denk daarbij aan bladmuziek, liedteksten, boeken, foto’s, persoonlijke archieven, enzovoort.

9 opvallende uitkomsten

  1. Stichting Omroepmuziek (SOM) heeft van alle respondenten de grootste collectie Nederlandstalige muziek in zijn bezit: 15 procent Nederlandstalig (uit de gevraagde periode) van de in totaal 450.000 stuks bladmuziek die SOM in totaal beheert komt neer op 67.500 items met Nederlandstalige muziek. Er zijn ook enkele particuliere verzamelaars die in totaal meer dan 10.000 objecten in hun collectie hebben.
  2. De staat van de collecties is divers. Deze varieert volgens de respondenten van redelijk tot uitstekend, en is vaak afhankelijk van de ouderdom van het materiaal.
  3. Meer dan één derde van de collecties uit dit onderzoek blijkt niet gedigitaliseerd. Daar zitten ook objecten bij die binnen afzienbare tijd kwalitatief achteruitgaan, zoals banden en tapes. Het materiaal op deze dragers loopt dus een verhoogd risico om verloren te gaan.
  4. Kijken we naar de verschillende typen audiodragers binnen de collecties met gedigitaliseerd materiaal, dan blijken vooral cd’s, banden/tapes en cassettes al gedigitaliseerd te zijn. Vinyl is binnen de verschillende collecties veruit het minst gedigitaliseerd. Van de instellingen met bladmuziek en liedteksten in de collectie blijkt met name SOM relatief veel daarvan ook gedigitaliseerd te hebben.
  5. Slechts in een zevende van de reacties op de vraag naar licenties wordt aangegeven dat er licenties voor openbaarmaking afgesloten zijn met de rechthebbenden. Voor veel verzamelaars is openbaarmaking niet het doel, en ze hebben vaak ook niet de middelen daartoe.
  6. Veruit het grootste deel van de collecties is voorzien van een bepaalde vorm van metadatering. Voor meer dan twee derde van de gemetadateerde collecties geldt dat de metadata ook voor derden raadpleegbaar is. Vaak is het echter niet duidelijk op welke manier.
  7. Op het vlak van standaardisatie is er een belangrijke slag te slaan. Over het gebruik van bibliotheek- en archiefstandaarden en ondersteunende systemen voor metadatering blijkt geen enkele consensus te bestaan. Bibliotheek- en archiefstandaarden worden zeer weinig gebruikt en voor de metadata gebruikt iedereen zijn of haar eigen systeem.
  8. Veel van het materiaal uit de collecties is nu niet toegankelijk voor de gebruiker, fysiek noch digitaal. En dat geldt niet alleen voor de particuliere verzamelaars, maar ook voor de instellingen. Die beperkte toegankelijkheid kan komen doordat materiaal niet is gemetadateerd, niet is gedigitaliseerd of doordat er geen platform is om toegang te bieden.

Podiumkunst.net

Het onlangs opgerichte netwerk van de podiumkunsten, Podiumkunst.net, wil een breed netwerk van muziek- en theatercollecties opbouwen en ziet in de geïnventariseerde collecties met Nederlandstalig erfgoed een belangrijke inspiratiebron voor makers, onderzoekers en liefhebbers. De toekomst van deze rijkdom zou gewaarborgd moeten blijven.

Gerelateerd nieuws