Goodbye doelgroep, hello gedragsprofiel: Herinneringscentrum Kamp Westerbork vernieuwt zijn website (1)
Nu bellen en mailen mensen nog voor informatie over personen die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Kamp Westerbork gevangen hebben gezeten. Het Herinneringscentrum wil deze groep helpen die zoektocht online te beginnen. Hiervoor is een nieuwe website nodig. Als leidraad dient een van de acht gedragsprofielen digitaal erfgoed, ontwikkeld binnen het NDE. Projectleider Wietske Donkersloot licht de plannen toe.
Gedragsprofielen digitaal erfgoed
Iedereen vertoont op erfgoedsites op verschillende momenten verschillende soorten zoekgedrag. Dit inzicht heeft geleid tot acht gedragsprofielen digitaal erfgoed:
1. Gericht informatie verwerven
2. Browsen & ontdekken
3. Intens beleven
4. Creëren met objecten
5. Creëren met datasets
6. Cocreëren in een community
7. Leren
8. Gamen
Wietske Donkersloot: ‘Dagelijks ontvangen we telefoontjes en e-mails met vragen over personen die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Kamp Westerbork gevangen hebben gezeten en andere vragen over het kamp. Wat als we ervoor kunnen zorgen dat deze mensen hun zoektocht beginnen op onze website? Op die manier kunnen we niet alleen onze doelgroep beter van dienst zijn, maar ook betekenisvollere dienstverlening bieden, namelijk: ons richten op diepgaandere vragen.’
Focus
‘Dit idee heeft een voortraject van vele jaren gehad. In de afgelopen drie jaar hebben we Atlantis van DEVENTit gekozen als ons collectieregistratiesysteem en zijn we gaan nadenken over een nieuwe website. Voor het projectplan voor de nieuwe website hadden we aanvankelijk een standaardlijstje met doelgroepen geformuleerd. Maar toen attendeerde mijn collega José Martin mij op de acht gedragsprofielen voor erfgoedwebsites, ontwikkeld binnen het NDE.’
‘In een brainstormsessie met het team besloten we ons te concentreren op het profiel “Gericht informatie verwerven”. Dit profiel is specifiek gericht op bezoekers die al enige kennis hebben over een bepaald onderwerp en via gerichte zoekacties meer willen weten. Het sluit perfect aan bij onze doelstellingen voor de website. Hoewel we in de toekomst graag ook andere gedragsprofielen willen kunnen ondersteunen, richten we ons nu op dit specifieke profiel. Het zorgt voor focus in ons werk. Het ontwikkelen van een publieksinterface voor zo’n hoeveelheid data vereist in de eerste plaats namelijk het maken van keuzes: je kan niet alles in één keer doen.’
Veel data bij Herinneringscentrum Kamp Westerbork
Herinneringscentrum Kamp Westerbork heeft een database met persoonsgegevens van ongeveer 140.000 vervolgingsslachtoffers en hun familieleden. Aan die personen zijn gegevens gekoppeld uit tal van bronnen, waarmee een reconstructie van hun vervolgingsgeschiedenis gemaakt kan worden. Gegevens uit die bronnen, soms aanwezig als scan, zijn in gegevensvelden ondergebracht en doorzoekbaar gemaakt.
Een ander belangrijk onderdeel is de museumcollectie, bestaande uit egodocumenten zoals brieven, briefkaarten en dagboeken. Maar ook interviews met overlevenden, foto’s en 3D-objecten (bijvoorbeeld gebruiksvoorwerpen en in het kamp gemaakte objecten als strafgeval-overalls, broches en speelgoed).
In de database worden persoonsgegevens, de museumcollectie en uiteindelijk ook de bibliotheek onderling met elkaar verbonden. Een belangrijke verbinding wordt ook de eigen thesaurus, gebouwd in PoolParty. Deze thesaurus is een aanvulling op en wordt uiteindelijk onderling verbonden met de WO2-thesaurus van het Netwerk Oorlogsbronnen. Die aanvullingen bestaan bijvoorbeeld uit beschrijvingen van de barakken en andere locaties in Kamp Westerbork, de transporten en andere specifieke gebeurtenissen in en rond het kamp. Een eigen thesaurus is mede noodzakelijk om de gelaagdheid van de geschiedenis van Kamp Westerbork te kunnen weergeven.
Van algemene vragen…
‘De vragen die we ontvangen zijn inmiddels specifieker en diepgaander geworden. Vaak weet men al wanneer een familielid in het kamp verbleef of gedeporteerd werd. Dan gaat het meer om de vraag of dat familielid misschien in het kamp gewerkt heeft, in het ziekenhuis lag of een vrijstelling had. En ook vragen als “Waarom konden ze zo lang blijven, konden ze elkaar nog ontmoeten, hebben ze nog familie gezien?” Kortom, het gaat steeds meer om vragen over het dagelijks leven in het kamp. Wanneer we zo’n contextuele vraag beantwoorden, leidt dit vaak tot vele nieuwe vragen. De informatiebehoefte is enorm.’
… naar contextgerichte vragen
‘Ons doel is dat mensen in de toekomst zelf antwoorden kunnen vinden op deze contextuele vragen. We gaan daarom de informatie over personen en de collectie zoveel mogelijk onderling koppelen, maar ook koppelen aan de termen in onze eigen termenlijst en de WO2-thesaurus. Bovendien voorzien we de termen in onze eigen thesaurus van korte beschrijvingen, ook wel scope notes genoemd.’
‘Zo wordt bij elke barak bijvoorbeeld uitgelegd wat voor barak het was, welke achtereenvolgende functies deze heeft gehad, hoeveel personen er verbleven, enzovoort. We kunnen niet al deze informatie delen bij elk mail- en telefooncontact dat we momenteel hebben met vragenstellers.’
‘In de toekomst kunnen we verwijzen naar onze website. Door data te delen met platforms zoals het Netwerk Oorlogsbronnen en internationale organisaties, wordt het ook mogelijk voor onze websitebezoekers om gerelateerde informatie bij andere erfgoedinstellingen te vinden.’
Functionele specificaties
‘Dat is het mooie van de gedragsprofielen digitaal erfgoed: ze bieden functionele specificaties voor de content en de lay-out van de website. Omdat mensen die gericht informatie verwerven prijs stellen op aanbevelingen om verder te kijken, hechten wij veel belang aan de (grote!) actie om onze informatie onderling te koppelen.’
‘Er is echter nog veel meer werk te doen. Een enorme uitdaging is het vastleggen in onze database wat we wel en niet met onze informatie mogen doen (in het kader van de AVG, auteursrecht, et cetera). Hierover zijn uiteraard afspraken gemaakt met schenkers, maar die dateren deels uit het pre-internet tijdperk en moeten dus worden bijgesteld.’
‘Omdat de “gerichte informatieverwervers” prijs stellen op informatie over de totstandkoming van een website en de informatie daarop, willen we hier zo transparant mogelijk over zijn. Sommige informatie mogen we nu nog niet online zetten, maar over een aantal jaar misschien wel. We moeten hier dus ook teksten over schrijven. En dan blijft er nog genoeg ander werk over, zoals het toewijzen van persistent identifiers aan alle informatie, zodat ze een permanent webadres hebben dat niet meer verandert.’
Afvinklijstje
‘Binnenkort staat er een eerste werksessie gepland met het bureau DOOR/IN10 dat we voor de ontwikkeling van de publieksinterface hebben geselecteerd, en dat bekend is met de gedragsprofielen. Tijdens deze afspraak zullen we de basisprincipes bespreken voor de nieuwe website, waarvan we hopen in december een eerste versie/eerste onderdeel op te kunnen leveren, met het deel van de data waar we op dat moment “klaar” mee zijn.’
‘Uiteraard komen in de bijeenkomst ook de functionele specificaties uit het gekozen gedragsprofiel aan de orde. Ze vormen als het ware een afvinklijstje om ervoor te zorgen dat de website straks klaar is voor het gericht informatie verwerven.’ (wordt vervolgd)