Literaire schatkamer brengt alles over schrijvers op één plek samen
Bertram Mourits, hoofd collecties bij het Literatuurmuseum, zag in 2018 de potentie van een online plek waar alle informatie over favoriete schrijvers te vinden is. Mede met hulp van de programmalijn ‘Verbonden digitaal erfgoed van bibliotheken’ van Stichting Pica gaat de literaire schatkamer literatuurarchief.nl vanaf de zomer live. Bertram en projectleider Boudewijn Ridder praten ons bij.
Verbonden digitaal erfgoed van bibliotheken
Tien bibliotheken doen mee aan een pilot voor de programmalijn ‘Verbonden digitaal erfgoed van bibliotheken’ van Stichting Pica. Ze stellen hun digitaal erfgoed beschikbaar volgens de principes van het Netwerk Digitaal Erfgoed. Onder de deelnemers bevinden zich onder andere het Literatuurmuseum / Kinderboekenmuseum en Tresoar.
Toen Bertram Mourits in 2018 als hoofd collecties begon bij het Literatuurmuseum / Kinderboekenmuseum, was het een van de eerste dingen die hij deed: nagaan of de url literatuurarchief.nl beschikbaar was. In zijn gedachten zag hij een online plek voor zich waar iedereen alle informatie over zijn of haar favoriete schrijver kan vinden. ‘Dit webadres bleek nog vrij, dus ik heb het meteen vastgelegd.’ Vanaf komende zomer wordt Bertrams droom werkelijkheid. ‘Hoewel het aanbod van auteurs nog bescheiden zal zijn, hebben we een eerste begin gemaakt.’
Projectleider Boudewijn Ridder verwacht dat het aantal auteursportalen op literatuurarchief.nl snel zal groeien, vooral met portalen die door andere erfgoedinstellingen worden samengesteld. ‘Ze zijn gebaseerd op linked open data-bronnen die beschikbaar worden gesteld door erfgoedinstellingen, zoals Tresoar en de UB Maastricht. Hoewel nog niet alle literaire bronnen als linked open data beschikbaar zijn, gaat deze ontwikkeling snel, mede dankzij de inspanningen van het Netwerk Digitaal Erfgoed.’
Theun de Vries
Vanuit de programmalijn ‘Verbonden digitaal erfgoed van bibliotheken’ van Stichting Pica is het Literatuurmuseum gestart met informatie over Theun de Vries, bij wijze van pilot voor literatuurarchief.nl. Bertram: ‘Dit is een schrijver van wie het erfgoedmateriaal verspreid is over meerdere instituten. Niet alleen het Literatuurmuseum heeft veel materiaal van hem in de collectie, dat geldt ook voor Tresoar in Leeuwarden en het IISG in Amsterdam. Door erfgoed in verschillende instellingen samen te brengen op basis van linked open data, is het mogelijk een startpunt te creëren om de literair-historische kant van deze auteur vanuit meerdere kanten te kunnen bekijken. Theun de Vries is natuurlijk nog maar het begin: dit project moet absoluut een vervolg krijgen om van literatuurarchief.nl een omvattend overzicht te maken.’
Infrastructuur
De infrastructuur voor literatuurarchief.nl is gebouwd met software van DEVENTit: Atlantis. Het Literatuurmuseum gebruikt dit collectieregistratiesysteem Atlantis al enkele jaren, en voor dit project is het linked open data proof gemaakt. Op literatuurarchief.nl is het straks mogelijk om doorverwezen te worden naar andere instellingen die linked open data publiceren. Zo ontstaat een plek waar je informatie over Theun de Vries van verschillende instellingen kan bekijken, of doorverwezen wordt naar het juiste archief of de juiste bibliotheek om de gewenste informatie te vinden. Belangrijk is dat de informatie altijd bij de broninstelling blijft en daar wordt verbeterd of uitgebreid, dan verschijnt deze aangepaste informatie vanzelf in het portaal.
Meerwaarde
Een bijkomend voordeel van literatuurarchief.nl ligt in de mogelijkheid om waardevolle informatie te behouden, bijvoorbeeld in het geval van auteurswebsites, zegt Bertram. ‘Een mooi voorbeeld hiervan zijn de websites over Menno ter Braak en E. du Perron, waar gedigitaliseerde en getranscribeerde brieven te vinden zijn, evenals alle krantenartikelen die de schrijvers hebben geschreven. Dat is een schat aan informatie die duurzaam opgeslagen kan worden in de vorm van linked data via Atlantis. Makers van zo’n website kunnen gebruikmaken van die data, maar mocht zo’n site omvallen, dan is het materiaal veilig gesteld, en ook in de toekomst toegankelijk voor een breed publiek.’
Een kijkje onder de motorkap
Al in 2018 kreeg Boudewijn Ridder van het Literatuurmuseum de wens te horen dat ze alle informatie van een auteur graag op een centrale plek wilde aanbieden. Niet alleen voor het museum maar voor de gehele sector. ‘Het Literatuurmuseum wilde een centrale en faciliterende rol spelen, met het behoud van alle bronnen bij de collega-erfgoedinstellingen. Die wens was volgens mij uitstekend te beantwoorden met portalen gebaseerd op linked open data-bronnen. En hoe mooi is het om ook andere bronnen dan literaire te gebruiken, zodat je een auteur kunt onderzoeken in een bredere maatschappelijke context?’
‘Gepubliceerde linked open data-bronnen kunnen eenvoudig aan literatuurarchief.nl worden toegevoegd en worden automatisch beschikbaar bij alle portalen. Er worden geen eisen gesteld aan de linked open data-bronnen; het is voldoende als de data gelinkt is aan externe thesauri zoals RKDartists of de AAT.’
‘Een erfgoedinstelling kan een eigen website bouwen op basis van de linked open data van een auteursportaal of deze informatie verwerken in de eigen website of app. Doordat de informatie bij de bron blijft, is de duurzaamheid geborgd. Instellingen die informatie hebben die nog niet als linked open data is gepubliceerd, kunnen in de Atlantis-inrichting van het Literatuurmuseum een eigen plek krijgen om informatie in te voeren. Deze informatie kan dan later als eigen linked open data-set gepubliceerd worden en natuurlijk een plek krijgen op literatuurarchief.nl.’
Toekomst
‘Het werk is nog lang niet af,’ besluit Bertram. ‘Zo behoeven onze eigen metadata nog verbetering. Doordat termen als “boek”, “Boek”, “boeken” en “boektitel” naar hetzelfde veld in het collectieregistratiesysteem verwijzen, bestaat de kans dat dezelfde resultaten meerdere keren worden weergegeven. Daarom willen we deze gegevens met slimme software gaan opschonen.’ Boudewijn: ‘Tijdens het project bleek dat er linked open datasets beschikbaar zijn die nauwelijks gelinkt en open zijn. Dit geeft veel ruis in de weergave van het portaal. Hoe meer termen gelinkt zijn aan geautoriseerde thesauri, hoe beter een portaal zal gaan werken.’
Ook is het de bedoeling dat wanneer termen als ‘Theun de Vries’ en ‘Friesland’ samen worden genoemd, straks meteen duidelijk is dat het over zijn afkomst gaat en dat de informatie hierover met elkaar wordt gelinkt. Bertram: ‘Evenmin hoeft literatuurarchief.nl zich tot auteurs te beperken. Het zal ook mogelijk zijn om portalen te creëren op basis van een thema, een bepaalde herkomst, een tijdvak. Zo wordt het een waardevol hulpmiddel voor literair-historisch onderzoek.’
Tresoar maakt Fries werk van Theun de Vries beschikbaar
‘Theun de Vries is Fries van geboorte, maar heeft naast Friestalig ook in het Nederlands geschreven,’ vertelt Luc de Vries, teamleider collectieontwikkeling bij Tresoar. ‘In het verleden hebben we afgesproken dat het fysieke Nederlandstalige materiaal naar het Literatuurmuseum gaat en het Friese materiaal naar ons. Dankzij linked open data kunnen we nu al het gedigitaliseerde materiaal over deze schrijver, afkomstig van verschillende organisaties, samenbrengen in het aan hem gewijde auteursportaal op literatuurarchief.nl.’
Terwijl Luc en zijn collega’s zich afvroegen hoe ze de beschrijvingen en gedigitaliseerde stukken snel konden verbinden, kwam het open source collectiebeheersysteem Omeka S voorbij. Samen met de Universiteitsbibliotheek van Maastricht en de Universitaire Bibliotheken Leiden hebben ze deelgenomen aan een pilot om ervaring op te doen met deze software. ‘Naar tevredenheid,’ stelt Luc. ‘Dit nieuwe platform lijkt zeer geschikt voor de publicatie van verschillende collecties en het verbinden ervan met de op linked data gebaseerde auteursportaal. ’
‘Wat prettig is, is dat de “items” (of records) in Omeka S veelvuldig gebruikmaken van gecontroleerde termen en termen uit bronnen van het Termennetwerk. Het gebruik van deze termen, samen met de links, verrijkt de informatie en maakt deze bruikbaarder. We zijn zeker van plan om met Omeka S door te gaan.’
UB Maastricht maakt auteursportaal van Pierre Kemp
De UB Maastricht beheert namens de Stichting Pierre Kemp de rijke collectie van deze Maastrichtse dichter (1886-1967). ‘Voor het auteursportaal over Pierre Kemp zijn we aan de slag gegaan met dit materiaal, dat varieert van dichtbundel tot brief en een 3D-versie van een ei tot een bureau,’ vertelt projectleider Carin Klompen. ‘Hiervoor moesten we bijvoorbeeld de op te nemen collectieonderdelen selecteren, nog niet digitaal beschikbaar materiaal digitaliseren, auteursrechtenchecks uitvoeren en het Omeka S-systeem zodanig inrichten dat alle informatie erin kon worden opgenomen. Alle items werden gelinkt met termen en we hebben de informatieobjecten gepubliceerd samen met een licentie voor een rechtenverklaring. Tot slot zijn de datasets gepubliceerd in RDF-formaat.’
‘Dit project hebben we uitgevoerd in het kader van de programmalijn ‘Verbonden digitaal erfgoed van bibliotheken’ van Stichting Pica. In dit project ging het er niet alleen om de collectie van Pierre Kemp beschikbaar te maken in Omeka S, maar ook om het proces ernaartoe. We hebben het project aangepakt met Jira, een Kanban-methodiek, een van origine Japanse methode om processen te managen en te verbeteren. Dit stelde ons in staat om precies te zien wat al was gedaan en wat nog moest gebeuren.’
‘Met Omeka S hebben we de metadata van ons gedigitaliseerde materiaal omgezet in linked data. Deze dataset bevat een link naar de gedigitaliseerde content in onze eigen omgeving, waaronder het bureau van Pierre Kemp en een door hem met een gedicht gedecoreerd ei.’
‘Aangezien deze eerste kennismaking met Omeka S ons goed is bevallen, brengen we ook andere collecties, zoals de collectie proefschriften, onder in dit collectiebeheersysteem.’